Natuur- en techniekonderwijs blijkt talentontwkkeling extra te bevorderen
De ontwikkeling van basisschoolleerlingen krijgt een extra impuls door techniekonderwijs.
Pabostudenten laten dit al 15 jaar in de praktijk van hun stagescholen zien.
Die ervaring heeft geleid tot de methode 'Onderwijs helpt Onderwijs bij talentontwikkeling'.
. Leeringen ontdekken hoe dagelijkse dingen technisch werken en hoe je die kunt maken.
. Bij de praktijkopdrachten zijn ze ook met andere vakken bezig, vooral met taal.
. De methode creëert een ideale context van werken in groepjes.
. Leerlingen met verschillende achtergronde doen gelijkwaardig mee en leren van elkaar.
. Zij raken zeer geïnspireerd door deze rijke kennisbelevenis.
De naamgeving 'Onderwijs helpt Onderwijs bij talentontwikkeling' (OhO-t)
De naam voor deze natuur- en techniekmethode is uit het bovenstaande te begrijpen: pabostudenten zetten zich op bijzondere wijze in voor leerlingen in het basisonderwijs.
Leerkrachten in het basisonderwijs
In het voortreffelijke Nederlandse basisonderwijs krijgt de doorsnee leerling geen structueel techniekonderwijs.
Daar zijn verschillende redenen voor. De belangrijkste is de drempel die leerkrachten ervaren om dit vak te geven:
zij missen de affiniteit ermee en ontberen de kennis daarvoor. Dat betekent gemiste kansen voor hun eigen leerlingen.
De OhO-t-methode kan daarin verandering brengen.
De methode is zo ontworpen, dat iedere leerkracht er onmiddellijk mee aan de slag kan, zonder bijscholing.
Het lesmateriaal is volledig digitaal beschikbaar: de lesopbouw, de power point ondersteuning en de bijbehorende werkbladen.
In het materiaal zitten vakoverschrijdende elementen (vooral taalbeheersing), die de leerkracht de ruimte bieden eigen ideeën in te brengen.
Nog een aanvulling op de werkbladen. Het is de bedoeling dat leerlingen die zelf verzamelen in een eigen Talentendossier (T-dossier).
Daarin zitten ook vragen naar hun beleving bij deze lesvorm. Een werkbladvoorbeeld staat op pagina ..
De OhO-lessen geven leerkrachten geen extra correctiewerk. Die kunnen zich een globaal beeld vormen hoe hun leerlingen zich inzet in de les en hoeveel zorg zij aan het T-dossier besteden. De praktijk wijst uit, dat de intense betrokkenheid van leerlingen bij deze lesvorm de grote onderwijswinst is voor de leerkracht.
Onderwijsinspectie
Voor de Onderwijsinspectie is het T-dossier, als het landelijk wordt toegepast, een handzaam instrument om zich een beeld te vormen van het natuur- en techniekonderwijs in het fundeend onderwijs.
Maatschappelijk gezien
Sinds het kabinet Balkenende (2003) probeert de Rijksoverheid, gevolgd door provincies en regio's, natuur- en techniekeducatie structureel een plaats in het basisonderwijs te geven. Het belang is de Nederlandse kenniseconomie een goede basis te geven. Dat is tot nu toe niet gelukt. Zie pagina .. .
De ontwikkeling van basisschoolleerlingen krijgt een extra impuls door techniekonderwijs.
Pabostudenten laten dit al 15 jaar in de praktijk van hun stagescholen zien.
Die ervaring heeft geleid tot de methode 'Onderwijs helpt Onderwijs bij talentontwikkeling'.
. Leeringen ontdekken hoe dagelijkse dingen technisch werken en hoe je die kunt maken.
. Bij de praktijkopdrachten zijn ze ook met andere vakken bezig, vooral met taal.
. De methode creëert een ideale context van werken in groepjes.
. Leerlingen met verschillende achtergronde doen gelijkwaardig mee en leren van elkaar.
. Zij raken zeer geïnspireerd door deze rijke kennisbelevenis.
De naamgeving 'Onderwijs helpt Onderwijs bij talentontwikkeling' (OhO-t)
De naam voor deze natuur- en techniekmethode is uit het bovenstaande te begrijpen: pabostudenten zetten zich op bijzondere wijze in voor leerlingen in het basisonderwijs.
Leerkrachten in het basisonderwijs
In het voortreffelijke Nederlandse basisonderwijs krijgt de doorsnee leerling geen structueel techniekonderwijs.
Daar zijn verschillende redenen voor. De belangrijkste is de drempel die leerkrachten ervaren om dit vak te geven:
zij missen de affiniteit ermee en ontberen de kennis daarvoor. Dat betekent gemiste kansen voor hun eigen leerlingen.
De OhO-t-methode kan daarin verandering brengen.
De methode is zo ontworpen, dat iedere leerkracht er onmiddellijk mee aan de slag kan, zonder bijscholing.
Het lesmateriaal is volledig digitaal beschikbaar: de lesopbouw, de power point ondersteuning en de bijbehorende werkbladen.
In het materiaal zitten vakoverschrijdende elementen (vooral taalbeheersing), die de leerkracht de ruimte bieden eigen ideeën in te brengen.
Nog een aanvulling op de werkbladen. Het is de bedoeling dat leerlingen die zelf verzamelen in een eigen Talentendossier (T-dossier).
Daarin zitten ook vragen naar hun beleving bij deze lesvorm. Een werkbladvoorbeeld staat op pagina ..
De OhO-lessen geven leerkrachten geen extra correctiewerk. Die kunnen zich een globaal beeld vormen hoe hun leerlingen zich inzet in de les en hoeveel zorg zij aan het T-dossier besteden. De praktijk wijst uit, dat de intense betrokkenheid van leerlingen bij deze lesvorm de grote onderwijswinst is voor de leerkracht.
Onderwijsinspectie
Voor de Onderwijsinspectie is het T-dossier, als het landelijk wordt toegepast, een handzaam instrument om zich een beeld te vormen van het natuur- en techniekonderwijs in het fundeend onderwijs.
Maatschappelijk gezien
Sinds het kabinet Balkenende (2003) probeert de Rijksoverheid, gevolgd door provincies en regio's, natuur- en techniekeducatie structureel een plaats in het basisonderwijs te geven. Het belang is de Nederlandse kenniseconomie een goede basis te geven. Dat is tot nu toe niet gelukt. Zie pagina .. .